Als jongeren radicaliseren, wordt hun ontwikkeling bedreigd. De Raad voor de Kinderbescherming zet samen met ketenpartners in op de bescherming van deze jongeren.
Bij radicalisering keert iemand met bepaalde ideeën zich steeds meer af van de samenleving. Radicalisering en extremisme kunnen ontstaan door maatschappelijke spanningen. Hierdoor raken bevolkingsgroepen verdeeld en kunnen ze zich tegen elkaar gaan afzetten. Op de achtergrond spelen vaak andere problemen. Bijvoorbeeld tegenstellingen tussen groepen, weinig vertrouwen in elkaar, armoede, racisme, discriminatie en uitsluiting.
Verschillende vormen van radicalisering en extremisme
Er bestaan verschillende vormen van radicalisering en extremisme. In Nederland zijn er links- en rechts-extreme groepen actief. Van dierenrechtenextremisten, rechtsextremisten, complotdenkers tot moslimextremisten (jihadisten). De Raad voor de Kinderbescherming heeft steeds vaker te maken met kinderen die worden beïnvloed door hun omgeving of ouders. En ook met jongeren die zelf radicaliseren.
De Raad voor de Kinderbescherming heeft als taak ervoor te zorgen dat kinderen veilig kunnen opgroeien, zowel fysiek als emotioneel. De RvdK vindt radicalisering een probleem, omdat radicalisering een gevaar voor de ontwikkeling van een minderjarige is. Daarnaast groeien er ook kinderen op in radicale of extremistische milieus. Ook hierin zien we een mogelijke bedreiging van de ontwikkeling van een kind. Bijvoorbeeld als er geweld wordt verheerlijkt. Of wanneer er sprake is van wij-zij-denken, waarbij het haten van andersdenkenden wordt gestimuleerd.
De RvdK vindt bij onderstaande situaties dat een minderjarige die radicaliseert gevaar loopt in zijn ontwikkeling.
- De minderjarige dreigt de aansluiting bij de maatschappij en een positief toekomstperspectief te verliezen.
- De minderjarige uit zelf discriminatie of geweld tegen andersdenkenden of moedigt dit aan.
- De minderjarige vindt het goed om geweld te gebruiken om radicale ideeën waar te maken.
- De minderjarige reist zelf af naar gevaarlijke oorlogsgebieden en loopt daar risico om gewond te raken, of erger.
- De minderjarige onttrekt zich aan het gezag van de ouders.
- Er is risico op geestelijke beschadiging van de minderjarige door bijvoorbeeld: traumatische ervaringen, intimidatie of militaire training.
- De ideologie die de minderjarige aanhangt, keurt geweld goed tegen mensen die er anders over denken. Hierdoor is er een groter risico op strafbaar gedrag door de minderjarige.
Bij ernstige zorgen over de radicalisering en extremistisch gedrag van een jongere, kan de RvdK worden ingeschakeld voor advies en verder onderzoek.
Ondersteuning door adviesteams
Zien gemeentes en jeugdorganisaties dat een jongeren dreigt te radicaliseren? Dan kunnen ze de Raad voor de Kinderbescherming vragen om advies.
Een adviesteam adviseert op basis van wetenschappelijke, pedagogische en juridische kennis. Het adviesteam heeft kennis in huis over het gedwongen kader (verplichte hulp) en over de inzet van vrijwillige hulp. Soms komt er Verzoek Tot Onderzoek (VTO) bij ons binnen. In dat geval gaan we onderzoeken wat er nodig is om het kind veilig te laten opgroeien. Mogelijk verzoeken daarna de kinderrechter om een kinderbeschermingsmaatregel.
Melding bij acute dreiging
Is er sprake van een acute bedreiging van de veiligheid van de minderjarige? Dan kunnen de gemeente, jeugdhulp, politie en de AIVD en andere ketenpartners dit melden bij de RvdK.
De Raad voor de Kinderbescherming werkt samen met ouders, gemeente, politie, OM, wijkteams en andere partners in het beschermen van radicaliserende jongeren. Ook sluiten we aan bij gemeentelijke casusoverleggen over radicalisering als er minderjarigen bij betrokken zijn.